search


keyboard_tab Digital Governance Act 2022/0868 NL

BG CS DA DE EL EN ES ET FI FR GA HR HU IT LV LT MT NL PL PT RO SK SL SV print pdf

2022/0868 NL cercato: 'veiligheid' . Output generated live by software developed by IusOnDemand srl


expand index veiligheid:

    HOOFDSTUK I
    Algemene bepalingen
  • 2 Art. 1 Onderwerp en toepassingsgebied

  • HOOFDSTUK II
    Hergebruik van bepaalde categorieën beschermde gegevens die in het bezit zijn van openbare lichamen
  • 2 Art. 3 Gegevenscategorieën
  • 1 Art. 5 Voorwaarden voor hergebruik

  • HOOFDSTUK III
    Vereisten voor aanbieders van databemiddelingsdiensten

    HOOFDSTUK IV
    Data-altruïsme

    HOOFDSTUK V
    Bevoegde autoriteiten en procedurele bepalingen

    HOOFDSTUK VI
    Europees Comité voor gegevensinnovatie

    HOOFDSTUK VII
    Internationale toegang en doorgifte

    HOOFDSTUK VIII
    Delegatie en comitéprocedure

    HOOFDSTUK IX
    Slot- en overgangsbepalingen


whereas veiligheid:


definitions:


cloud tag: and the number of total unique words without stopwords is: 626

 

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

1.   Deze verordening bevat:

a)

voorwaarden voor het hergebruik, in de Unie, van bepaalde gegevenscategorieën die in het bezit zijn van openbare lichamen;

b)

een aanmeldings- en toezichtskader voor het aanbieden van databemiddelingsdiensten;

c)

een kader voor de vrijwillige registratie van entiteiten die voor altruïstische doeleinden beschikbaar gestelde gegevens verzamelen en verwerken, en

d)

een kader voor de oprichting van een Europees Comité voor gegevensinnovatie.

2.   Deze verordening houdt voor openbare lichamen geen verplichting in om hergebruik van gegevens toe te staan, en het ontheft openbare lichamen niet van hun vertrouwelijkheidsverplichtingen uit hoofde van het Unierecht of het nationale recht.

Deze verordening doet geen afbreuk aan:

a)

specifieke bepalingen in het Unierecht of het nationale recht betreffende de toegang tot of het hergebruik van bepaalde gegevenscategorieën, met name wat betreft het verlenen van toegang tot en het openbaar maken van officiële documenten, en

b)

verplichtingen van openbare lichamen uit hoofde van het Unierecht of het nationale recht om hergebruik van gegevens toe te staan, noch aan vereisten met betrekking tot de verwerking van niet-persoonsgebonden gegevens.

Indien sectorspecifiek Unierecht of nationaal recht vereist dat openbare lichamen, aanbieders van databemiddelingsdiensten of erkende organisaties voor data-altruïsme moeten voldoen aan specifieke aanvullende technische, administratieve of organisatorische vereisten, onder meer via een vergunnings- of certificeringsregeling, zijn die bepalingen van dat sectorspecifieke Unierecht of nationale recht eveneens van toepassing. Dergelijke specifieke aanvullende vereisten zijn niet-discriminerend, evenredig en objectief gerechtvaardigd.

3.   Het Unierecht en het nationale recht inzake de bescherming van persoonsgegevens zijn van toepassing op alle persoonsgegevens die in verband met deze verordening worden verwerkt. Deze verordening doet met name geen afbreuk aan de Verordeningen (EU) 2016/679 en (EU) 2018/1725 en aan de Richtlijnen 2002/58/EG en (EU) 2016/680, met inbegrip van wat betreft de bevoegdheden van toezichthoudende autoriteiten. Indien deze verordening en het Unierecht inzake de bescherming van persoonsgegevens of het overeenkomstig dat Unierecht vastgestelde nationale recht tegenstrijdig zijn, prevaleert het relevante Unie- of nationale recht inzake de bescherming van persoonsgegevens. Deze verordening schept geen rechtsgrondslag voor de verwerking van persoonsgegevens en laat de rechten en verplichtingen die zijn vastgelegd in de Verordeningen (EU) 2016/679 of (EU) 2018/1725, of de Richtlijnen 2002/58/EG of (EU) 2016/680 onverlet.

4.   Deze verordening doet geen afbreuk aan de toepassing van het mededingingsrecht.

5.   Deze verordening doet geen afbreuk aan de bevoegdheden van de lidstaten met betrekking tot hun activiteiten die verband houden met openbare veiligheid, defensie en nationale veiligheid.

Artikel 3

Gegevenscategorieën

1.   Dit hoofdstuk is van toepassing op gegevens die in het bezit zijn van openbare lichamen en die beschermd zijn op grond van:

a)

het handelsgeheim, waaronder bedrijfs- of beroepsgeheim;

b)

statistisch geheim;

c)

de bescherming van de intellectuele-eigendomsrechten van derden, of

d)

de bescherming van persoonsgegevens, voor zover die buiten het toepassingsgebied van Richtlijn (EU) 2019/1024 vallen.

2.   Dit hoofdstuk is niet van toepassing op:

a)

gegevens van overheidsondernemingen;

b)

gegevens in het bezit van openbare omroepen of hun dochterondernemingen en van andere entiteiten of hun dochterondernemingen ten behoeve van de vervulling van een publieke omroeptaak;

c)

gegevens in het bezit van culturele instellingen en onderwijsinstellingen;

d)

gegevens die in het bezit zijn van openbare lichamen en die beschermd zijn om redenen van openbare veiligheid, defensie of nationale veiligheid, of

e)

gegevens waarvan de verstrekking een activiteit is die niet valt onder de openbare taak van de betrokken openbare lichamen, als bepaald bij wet of ander bindend voorschrift van de betrokken lidstaat of, indien een voorschrift ter zake ontbreekt, als bepaald overeenkomstig de gangbare bestuurspraktijk van die lidstaat, mits de afbakening van de openbare taken transparant is en aan toetsing is onderworpen.

3.   Dit hoofdstuk doet geen afbreuk aan:

a)

het Unie- en nationale recht en internationale overeenkomsten waarbij de Unie of lidstaten partij zijn, inzake de bescherming van de in lid 1 bedoelde gegevenscategorieën, en

b)

het Unie- en nationale recht inzake toegang tot documenten.

Artikel 5

Voorwaarden voor hergebruik

1.   Openbare lichamen die uit hoofde van het nationale recht bevoegd zijn om de toegang tot een of meer in artikel 3, lid 1, bedoelde gegevenscategorieën met het oog op hergebruik te verlenen of te weigeren, maken de voorwaarden voor het toestaan van dat hergebruik en de procedure om toestemming voor hergebruik aan te vragen via het in artikel 8 bedoelde centrale informatiepunt, openbaar. Bij het verlenen of weigeren van toegang met het oog op hergebruik kunnen zij worden bijgestaan door de in artikel 7, lid 1, bedoelde bevoegde organen.

De lidstaten zorgen ervoor dat openbare lichamen over de nodige middelen beschikken om aan dit artikel te voldoen.

2.   De voorwaarden voor hergebruik moeten niet-discriminerend, transparant, evenredig en objectief gerechtvaardigd zijn wat betreft de gegevenscategorieën, het doel van het hergebruik en de aard van de gegevens waarvoor hergebruik wordt toegestaan. Die voorwaarden mogen niet worden gebruikt om de mededinging te beperken.

3.   Openbare lichamen zorgen er overeenkomstig het Unierecht en het nationale recht voor dat het beschermde karakter van de gegevens behouden blijft. Zij kunnen de volgende vereisten opleggen:

a)

dat slechts toegang wordt verleend om gegevens te hergebruiken als het openbaar lichaam of het bevoegd orgaan er na een verzoek tot hergebruik voor heeft gezorgd dat de gegevens:

i)

geanonimiseerd zijn, in het geval van persoonsgegevens, en

ii)

gewijzigd of geaggregeerd zijn of dat zij behandeld zijn volgens een andere methode om de openbaarmaking ervan te controleren, in het geval van commercieel vertrouwelijke informatie, met inbegrip van bedrijfsgeheimen of door intellectuele-eigendomsrechten beschermde inhoud;

b)

dat voor de toegang tot en het hergebruik van de gegevens op afstand gebruik wordt gemaakt van een beveiligde verwerkingsomgeving die door het openbaar lichaam ter beschikking wordt gesteld of gecontroleerd;

c)

dat voor de toegang tot en het hergebruik van de gegevens gebruik wordt gemaakt, met inachtneming van strikte beveiligingsnormen, van de fysieke locatie waar de beveiligde verwerkingsomgeving zich bevindt, op voorwaarde dat toegang op afstand niet kan worden toegestaan zonder de rechten en belangen van derden in gevaar te brengen.

4.   Bij hergebruik dat werd toegestaan overeenkomstig lid 3, punten b) en c), leggen de openbare lichamen voorwaarden op die de integriteit van de werking van de technische systemen van de beveiligde verwerkingsomgeving in stand houden. De openbare lichamen behouden zich het recht voor het proces, de middelen en alle resultaten van gegevensverwerking door de hergebruiker te verifiëren teneinde de integriteit van de gegevensbescherming te vrijwaren, alsook het recht om het gebruik te verbieden van resultaten die informatie bevatten die de rechten en belangen van derden in gevaar brengt. Het besluit om het gebruik van de resultaten te verbieden moet begrijpelijk en transparant zijn voor de hergebruiker.

5.   Tenzij het nationale recht in specifieke waarborgen voorziet inzake toepasselijke vertrouwelijkheidsverplichtingen met betrekking tot het hergebruik van gegevens als bedoeld in artikel 3, lid 1,, stelt het openbaar lichaam het hergebruik van de overeenkomstig lid 3 van dit artikel verstrekte gegevens afhankelijk van de naleving door de hergebruiker van een vertrouwelijkheidsverplichting die de openbaarmaking verbiedt van informatie die de rechten en belangen van derden in gevaar brengt en die de hergebruiker ondanks de ingestelde waarborgen heeft verkregen. Hergebruikers mogen geen datasubjecten op wie de gegevens betrekking hebben heridentificeren en nemen technische en operationele maatregelen om heridentificatie te voorkomen en om elke inbreuk in verband met persoonsgegevens die leidt tot heridentificatie van de betrokkenen, aan het openbaar lichaam te melden. In geval van ongeoorloofd hergebruik van niet-persoonsgebonden gegevens, stelt de hergebruiker, waar passend met de hulp van het openbaar lichaam, de rechtspersonen van wie de rechten en belangen in het geding kunnen komen, daar onverwijld van in kennis.

6.   Indien het hergebruik van gegevens niet kan worden toegestaan overeenkomstig de in de leden 3 en 4 van dit artikel neergelegde verplichtingen en er geen rechtsgrondslag is voor de doorgifte van de gegevens uit hoofde van Verordening (EU) 2016/679, stelt het openbaar lichaam, overeenkomstig het Unierecht en het nationale recht, alles in het werk om potentiële hergebruikers bij te staan bij het vragen van de toestemming van de datasubjecten of de toelating van de gegevenshouders van wie de rechten en belangen door het hergebruik in het geding kunnen komen, indien dat haalbaar is zonder onevenredige lasten voor het openbaar lichaam. Bij het verlenen van dergelijke bijstand kan het openbaar lichaam worden bijgestaan door de in artikel 7, lid 1, bedoelde bevoegde organen.

7.   Het hergebruik van gegevens is alleen toegestaan als de intellectuele-eigendomsrechten in acht worden genomen. Openbare lichamen oefenen het bij artikel 7, lid 1, van Richtlijn 96/9/EG verleende recht van de fabrikant van een databank niet uit om het hergebruik van gegevens tegen te gaan of buiten de bij deze verordening bepaalde grenzen te beperken.

8.   Indien de gevraagde gegevens overeenkomstig het Unierecht of nationale recht inzake handels- of statistisch geheim als vertrouwelijk moeten worden beschouwd, zorgen de openbare lichamen ervoor dat de vertrouwelijke gegevens niet openbaar worden gemaakt als gevolg van het toestaan van hergebruik, tenzij dat hergebruik wordt toegestaan overeenkomstig lid 6.

9.   Indien een hergebruiker voornemens is op grond van artikel 3, lid 1, beschermde niet-persoonsgebonden gegevens door te geven aan een derde land, stelt hij het openbaar lichaam op het moment dat hij om hergebruik van dergelijke gegevens verzoekt op de hoogte van zijn voornemen om dergelijke gegevens door te geven en van het doel van die doorgifte. Bij hergebruik overeenkomstig lid 6 van dit artikel stelt de hergebruiker, waar passend met de hulp van het openbaar lichaam, de rechtspersoon waarvan de rechten en belangen in het geding kunnen komen, in kennis van dat voornemen, dat doel en de passende waarborgen. Het openbaar lichaam staat het hergebruik enkel toe indien de rechtspersoon toelating verleent voor de doorgifte.

10.   Openbare lichamen geven niet-persoonsgebonden vertrouwelijke of door intellectuele-eigendomsrechten beschermde gegevens alleen door aan een hergebruiker die voornemens is die gegevens door te geven aan een niet overeenkomstig lid 12 aangewezen derde land indien de hergebruiker er zich contractueel toe verbindt:

a)

te voldoen aan de overeenkomstig de leden 7 en 8 opgelegde verplichtingen, ook nadat de gegevens zijn doorgegeven aan het derde land, en

b)

de bevoegdheid van de rechterlijke instanties van de lidstaat van het openbaar lichaam dat de gegevens doorgeeft te aanvaarden met betrekking tot elk geschil in verband met de naleving van de leden 7 en 8.

11.   Waar relevant en binnen de grenzen van hun mogelijkheden bieden openbare lichamen hergebruikers advies en bijstand bij de naleving van de in lid 10 van dit artikel bedoelde verplichtingen.

Om openbare lichamen en hergebruikers bij te staan, kan de Commissie uitvoeringshandelingen vaststellen met modelcontractbepalingen voor de naleving van de in lid 10 van dit artikel, bedoelde verplichtingen. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 33, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.

12.   Indien een aanzienlijk aantal verzoeken in de Unie met betrekking tot het hergebruik van niet-persoonsgebonden gegevens in specifieke derde landen dat rechtvaardigt, kan de Commissie uitvoeringshandelingen vaststellen waarin wordt verklaard dat de juridische, toezichts- en handhavingsregelingen van een derde land:

a)

de bescherming van intellectuele eigendom en bedrijfsgeheimen garanderen op een wijze die in wezen gelijkwaardig is aan de uit hoofde van het Unierecht geboden bescherming;

b)

effectief worden toegepast en gehandhaafd, en

c)

voorzien in effectieve verhaalsmogelijkheden.

Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 33, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.

13.   In specifieke wetgevingshandelingen van de Unie kunnen bepaalde categorieën niet-persoonsgebonden gegevens die in het bezit zijn van openbare lichamen als zeer gevoelig worden beschouwd voor de toepassing van dit artikel, indien de doorgifte daarvan aan derde landen doelstellingen van het overheidsbeleid van de Unie in gevaar kan brengen, zoals veiligheid en volksgezondheid, of het risico met zich mee kan brengen van heridentificatie van geanonimiseerde niet-persoonsgebonden gegevens. Wanneer een dergelijke handeling wordt vastgesteld, stelt de Commissie overeenkomstig artikel 32 gedelegeerde handelingen vast tot aanvulling van deze verordening door de vaststelling van bijzondere voorwaarden voor de doorgifte van dergelijke gegevens aan derde landen.

Die bijzondere voorwaarden worden gebaseerd op de aard van de in de specifieke wetgevingshandeling van de Unie geïdentificeerde categorieën niet-persoonsgebonden gegevens en op de redenen om die categorieën als zeer gevoelig te beschouwen, rekening houdend met risico van heridentificatie van geanonimiseerde niet-persoonsgebonden gegevens. Die bijzondere voorwaarden zijn niet-discriminerend en beperkt tot wat nodig is om de in die handeling geïdentificeerde doelstellingen van het overheidsbeleid van de Unie te verwezenlijken, overeenkomstig de internationale verplichtingen van de Unie.

Indien specifieke wetgevingshandelingen van de Unie als bedoeld in de eerste alinea dat vereisen, kunnen die bijzondere voorwaarden betrekking hebben op voorwaarden voor de doorgifte of technische regelingen in dat verband, beperkingen inzake het hergebruik van gegevens in derde landen of inzake categorieën van personen die dergelijke gegevens mogen doorgeven aan derde landen of, in uitzonderlijke gevallen, beperkingen inzake doorgiften aan derde landen.

14.   De natuurlijke of rechtspersoon aan wie het recht op hergebruik van niet-persoonsgebonden gegevens is verleend, mag de gegevens alleen doorgeven aan derde landen die voldoen aan de vereisten van de leden 10, 12 en 13.

Artikel 38

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 24 september 2023.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 30 mei 2022.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

R. METSOLA

Voor de Raad

De voorzitter

B. LE MAIRE


(1)  PB C 286 van 16.7.2021, blz. 38.

(2)  Standpunt van het Europees Parlement van 6 april 2022 (nog niet bekendgemaakt in het publicatieblad) en besluit van de Raad van 16 mei 2022.

(3)  Aanbeveling 2003/361/EG van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (PB L 124 van 20.5.2003, blz. 36).

(4)  Richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg (PB L 88 van 4.4.2011, blz. 45).

(5)  Verordening (EU) 2019/1239 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot instelling van een Europees maritiem éénloketsysteem en tot intrekking van Richtlijn 2010/65/EU (PB L 198 van 25.7.2019, blz. 64).

(6)  Verordening (EU) 2020/1056 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020 inzake elektronische informatie over goederenvervoer (PB L 249 van 31.7.2020, blz. 33).

(7)  Richtlijn 2010/40/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 betreffende het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen op het gebied van wegvervoer en voor interfaces met andere vervoerswijzen (PB L 207 van 6.8.2010, blz. 1).

(8)  Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 betreffende de Europese statistiek en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1101/2008 betreffende de toezending van onder de statistische geheimhoudingsplicht vallende gegevens aan het Bureau voor de Statistiek van de Europese Gemeenschappen, Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad betreffende de communautaire statistiek en Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad tot oprichting van een Comité statistisch programma van de Europese Gemeenschappen (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 164).

(9)  Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 betreffende de goedkeuring van en het markttoezicht op motorvoertuigen en aanhangwagens, en systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 715/2007 en (EG) nr. 595/2009 en tot intrekking van Richtlijn 2007/46/EG (PB L 151 van 14.6.2018, blz. 1).

(10)  Verordening (EU) 2018/1807 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 inzake een kader voor het vrije verkeer van niet-persoonsgebonden gegevens in de Europese Unie (PB L 303 van 28.11.2018, blz. 59).

(11)  Richtlijn 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij, met name de elektronische handel, in de interne markt (“Richtlijn inzake elektronische handel”) (PB L 178 van 17.7.2000, blz. 1).

(12)  Richtlijn 2001/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij (PB L 167 van 22.6.2001, blz. 10).

(13)  Richtlijn 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 45).

(14)  Richtlijn 2007/2/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2007 tot oprichting van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie in de Gemeenschap (Inspire) (PB L 108 van 25.4.2007, blz. 1).

(15)  Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie (PB L 141 van 5.6.2015, blz. 73).

(16)  Richtlijn (EU) 2016/943 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende de bescherming van niet-openbaar gemaakte knowhow en bedrijfsinformatie (bedrijfsgeheimen) tegen het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken en openbaar maken daarvan (PB L 157, 15.6.2016, blz. 1).

(17)  Richtlijn (EU) 2017/1132 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2017 aangaande bepaalde aspecten van het vennootschapsrecht (PB L 169 van 30.6.2017, blz. 46).

(18)  Richtlijn (EU) 2019/790 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 inzake auteursrechten en naburige rechten in de digitale eengemaakte markt en tot wijziging van Richtlijnen 96/9/EG en 2001/29/EG (PB L 130 van 17.5.2019, blz. 92).

(19)  Richtlijn (EU) 2019/1024 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 inzake open data en het hergebruik van overheidsinformatie (PB L 172 van 26.6.2019, blz. 56).

(20)  Richtlijn 2009/81/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen door aanbestedende diensten van bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied, en tot wijziging van Richtlijnen 2004/17/EG en 2004/18/EG (PB L 216 van 20.8.2009, blz. 76).

(21)  Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1).

(22)  Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).

(23)  Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (richtlijn betreffende privacy en elektronische communicatie) (PB L 201 van 31.7.2002, blz. 37).

(24)  Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 89).

(25)  Verordening (EU) nr. 557/2013 van de Commissie van 17 juni 2013 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de Europese statistiek, wat de toegang tot vertrouwelijke gegevens voor wetenschappelijke doeleinden betreft, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 831/2002 (PB L 164 van 18.6.2013, blz. 16).

(26)  Richtlijn 96/9/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 1996 betreffende de rechtsbescherming van databanken (PB L 77 van 27.3.1996, blz. 20).

(27)  Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84).

(28)  Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 35).

(29)  Verordening (EU) 2018/1724 van het Europees Parlement en de Raad van 2 oktober 2018 tot oprichting van één digitale toegangspoort voor informatie, procedures en diensten voor ondersteuning en probleemoplossing en houdende wijziging van Verordening (EU) nr. 1024/2012 (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 1).

(30)  PB L 123 van 12.5.2016, blz. 1.

(31)  Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).

(32)  Richtlijn (EU) 2016/2102 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 inzake de toegankelijkheid van de websites en mobiele applicaties van overheidsinstanties (PB L 327 van 2.12.2016, blz. 1).

(33)  Richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten (PB L 151 van 7.6.2019, blz. 70).



whereas









keyboard_arrow_down